Wil je ook je huis bekronen met een groendak? De daken zien er mooi uit en leveren een positieve bijdrage aan het milieu en het ecosysteem. Een eenvoudig (extensief) groendak is beplant met vetplanten, mossen, kruiden. Als je de ruimte en een geschikt dak hebt kun je zelfs een echte daktuin aanleggen met struiken, heesters en bomen. Als je dak plat is, kun je daar recreëren en genieten van je zelf aangelegde stukje micronatuur!
Een groendak maken is vrij eenvoudig. In dit artikel bespreken we alles over hoe je een groendak aanlegt, van de voordelen tot de beplanting.
Groene daken zijn goed voor mens en milieu
Een groendak bestaat uit een constructie met daarop substraat (aarde) en beplanting. Dit isoleert het gebouw, brengt de stookkosten omlaag en dempt lawaai. Zo’n dak gaat tientallen jaren mee en verhoogt tevens de waarde van het pand. Ook vermindert het dak overlast bij regenval, verbetert het de luchtkwaliteit, en verlaagt het de omgevingstemperatuur. Een groendak is natuurlijk niet alleen gunstig voor het huis. Het biedt ook ruimte voor de natuur in de stad. Bestuivende insecten vinden er nectar, vogels komen op de insecten af en gaan broeden op het dak, en plantenzaden vinden er een groeiplek.
Is er een bouwvergunning nodig?
Voor een eenvoudig of extensief groendak, bedekt met een paar centimeter substraat en lage (vet)planten, meestal niet. Als de dikte van het substraat meer dan 20 centimeter is, of het natte gewicht meer dan 200 kilo per vierkante meter, is er sprake van een extensief dak. Daar moet een bouwvergunning voor worden aangevraagd.
Vraag subsidie aan
Groene daken hebben een gunstig effect op het microklimaat en de waterafvoer in de stad. Daarom geven sommige gemeentes subsidie voor het aanleggen ervan. Neem dus contact op met je gemeente en vraag wat er mogelijk is.
Een groendak aanleggen
Je kan zelf een groendak aanleggen of de klus uitbesteden aan een vakman. Daarbij dien je in eerste instantie na te gaan of je dak het gewicht (minimaal 80 kilo/m2) aankan. De meeste daken kunnen dat prima, maar een vakman geeft hierover graag advies.
Een groendak bestaat, van boven naar onder, uit de volgende lagen.
- De beplanting;
- Het substraat (aarde);
- Drainagefolie (bij licht hellende daken);
- Beschermfolie;
- Anti-afschuifvoorziening (bij sterk hellende daken);
- Het oorspronkelijke dak.
We bespreken hieronder puntsgewijs de stappen die je doorloopt als je een groen dak aan gaat leggen.
-
De constructie van het dak aanpassen
Om het substraat en de planten vast te houden moeten er dakranden worden aangebracht die vijf centimeter boven de vegetatielaag uitsteken. Bij een plat of licht hellend dak hoeven verder geen speciale voorzieningen te worden aangebracht. Als het dak meer dan 45 graden helt, moet er een anti-afschuifvoorziening (meestal een soort raster) worden aangebracht.
-
Een folielaag aanbrengen
Op het dak leg je nu een laag sterk, waterdicht beschermfolie. Snij dit in bij de waterafvoer. Bij een licht hellend dak moet ook een drainagefolie worden aangebracht bovenop de beschermfolie.
-
De waterafvoer verbeteren
Op de afvoer van de regenpijp moet een zogenaamd boldraadrooster worden aangebracht. Leg rond de dakranden, de afvoer en andere doorvoeren een laag grof grind. Dit zorgt dat het substraat niet wegspoelt.
-
Substraat aanbrengen
Nu wordt het tijd om een substraat aan te brengen waarin de planten gaan groeien. Ook bij cassettes en matten (zie hieronder) moet er een dunne laag substraat worden aangebracht. Je kunt zelf grond gaan mengen met behulp van de recepten die je online vindt, maar is ook kant en klare daktuinaarde verkrijgbaar. De dikte van je laag substraat hangt af van de hoogte van de planten die je op je dak gaat zetten.
-
Plantjes kiezen en aanplanten
Nu is het tijd voor het leukste onderdeel: het dak beplanten. Je hebt op dit punt meerdere keuzes. Je kunt handmatig plantjes gaan inplanten. Dit geeft je volledige controle over de flora op je groendak. Online lees je welke vetplanten, kruiden en grassen geschikt zijn. Dit zijn sterke planten die tegen droogte en felle zon kunnen.
Als je een snellere en makkelijkere oplossing wilt, kies dan voor matten of cassettes. Er zijn kant- en klare sedummatten met substraat en al beschikbaar. Denk aan een soort graszoden, maar dan beplant met een mooie mix van aantrekkelijke vetplantjes, vooral van het geslacht Sedum. Deze plantjes zijn uitgekozen op hun vermogen om op een dak te kunnen overleven. Ook kun je cassettes gebruiken: een soort zoden met meerdere soorten planten erop. Leg de matten en cassettes op het substraat, en begin daarbij onderaan, aan de dakrand.
Je groendak laten groeien
Na het aanplanten geef je je kersverse dakflora flink water, zodat de wortels zich stevig in het substraat kunnen hechten. De planten gaan zich nu ontwikkelen en groeien. Na verloop van tuin koloniseren ze ook de eventuele lege plekken, zodat het geheel er natuurlijk uit komt te zien.
Onderhoud aan je groendak
De flora van een groendak bestaat uit soorten die afkomstig zijn uit arme, rotsachtige gebieden. Vaak vind je deze planten ook in de rotstuin. Doordat ze tegen droogte, hitte en vorst kunnen, heb je heel weinig onderhoud aan een groendak. Je kunt twee keer per jaar een kijkje nemen op het dak. Daarbij kan je bloemplanten en struiken, als je die hebt, licht bemesten. Dan kan je ook eventueel onkruid en zaailingen van bomen verwijderen, en plantenresten uit de afvoer weghalen. Dat is in principe alles wat je hoeft te doen. Voor de rest onderhoudt een groendak zichzelf.